Waarom een onderste ooglidcorrectie?

In de dagelijkse omgang hebben we voortdurend oogcontact met anderen.
Ogen zijn zeer gevoelig voor de gevolgen van de zwaartekracht en vochtophoping. Het zijn dan ook de ogen waar veroudering van ons gelaat het eerst opvalt.  Door verlies van elasticiteit van de weefsels krijgen onze ogen al vlug een ‘vermoeide blik’.  Bij onderste oogleden is het meest voorkomende probleem het ontstaan van ‘walletjes’. 
Dit is eveneens een uitpuilen van vet vanuit de oogkas. Ook zien we vaak dat het vet net onder het oog wat uitzakt en daardoor een diepe groeve doet ontstaan waardoor de walletjes nog sterker uitkomen. Door verlies aan elasticiteit kan de huid van het onderste ooglid ook wat verslappen en naar buiten omplooien.

Voor de ingreep (pre-operatief):

Grondige anamnese en klinisch onderzoek worden verricht door de chirurg tijdens het consult. Afhankelijk hiervan wordt de meest aangewezen techniek met u besproken, alsook de mogelijke complicaties. Indien akkoord, worden voor de operatie, evenals erna, medische foto’s gemaakt.
Vanaf twee weken vóór de ingreep mag u geen medicatie meer innemen die aspirine bevat onder welke vorm ook. Dergelijke medicatie kan het bloed namelijk wat verdunnen, zodat het minder gemakkelijk stolt. Dat kan het nabloeden bevorderen. Ook ontstekingsremmers, hoge doses Vitamine E of grote hoeveelheden look kunnen dat effect hebben.
Rookstop wordt aangeraden 6 weken voor de ingreep.

Hoe gebeurt een onderste ooglidcorrectie?

Een onderste ooglidcorrectie kan gebeuren onder plaatselijke of algemene verdoving, zoals u wenst. Een combinatie van onderste en bovenste blefaroplastie wordt wel meestal onder algemene narcose geopereerd.
Afhankelijk van de graad van huidlaxiteit wordt een toegang gemaakt via de binnenzijde (conjunctival approach) of buitenzijde net onder de wimpers (external approach) van het onderste ooglid.

Het uitgezakte vet wordt geherpositioneerd aan de overgang van onderste ooglid naar wang om alzo een blending te bekomen van deze lid-cheek junction en de tear trough. Zo nodig wordt de spanning van het onderste ooglid in zijn geheel ook aangepast via een canthopexie. Om later ‘holle ogen’ te vermijden wordt er zo weinig mogelijk vet weggenomen. Een teveel aan huid wordt conservatief verwijderd en eventueel wordt de ophanging van het ooglid verstevigd. Hierdoor verdwijnen de walletjes en krijgt u een minder vermoeide blik. Indien een externe approach noodzakelijk is, worden er zeer fijne hechtingen geplaatst om de huid te sluiten.

Dmv de nieuwste technieken trachten we de oogspier ongemoeid te laten, en corrigeren we het onderste ooglid zo mogelijk via interne approach, vettranspositie en evt lipofilling of segmentale vettransplantatie. De huid kan dan nog worden verbeterd dmv resurfacing (peeling) of zo nodig via een kleinere insnede extern (skinpinch). Deze nieuwe techniek maakt de ingreep minimaal invasie.

Na de ingreep (postoperatief):

Na de ingreep bent u ongeveer een weekje geremd in uw normale sociale activiteiten. De meeste zwelling is al verdwenen na 3 à 4 dagen. Vaak is er een wat blauwe verkleuring door onvermijdelijke bloeduitstortingen. Deze zal samen met de zwelling snel verdwijnen.
De ogen kunnen wat gekoeld worden om de eventuele zwelling zoveel mogelijk te beperken. Net voor u naar huis vertrekt komt de chirurg controleren of er geen problemen zijn, daarna kan u naar huis gebracht worden. Zelf met de auto rijden is absoluut af te raden, omdat uw zicht onmiddellijk na de ingreep enigszins vertroebeld kan zijn. Thuis rust u best enkele uren met het hoofd iets hoger dan de romp. 
Op de oogleden brengt u een schoon kompresje aan, en daarop een plastic zakje gevuld met ijswater (ijsblokjes en water) of een speciaal oogverband. Leg nooit rechtstreeks ijs op uw oogleden. Vanaf de tweede dag is ijs niet meer aangewezen. Zware inspanningen en diep vooroverbuigen zijn niet toegelaten, omdat ze door toename van de bloeddruk nabloedingen kunnen veroorzaken.
Eén dag na de operatie kan al gedoucht worden, maar wrijven over de oogleden is niet aan te raden. Enkele weken lang zullen uw oogleden wat stugger aanvoelen. Vanaf twee weken na de operatie mag u zelf de littekens wat masseren met de vingertoppen, zodat alles vlugger soepel wordt. Uw chirurg zal u aanwijzingen geven op welke manier u dat precies moet doen. Oogdruppels en oogzalf zullen worden voorgeschreven indien u last heeft van droge ogen.
Na een vijf-tal dagen kunnen de draadjes en steristrips verwijderd worden.  Vanaf dan kan men met make-up de gevolgen van de operatie verdoezelen. De volgende weken zal de zwelling geleidelijk aan weg trekken.
Na twee weken kunt u uw contactlenzen weer gebruiken. De littekentjes worden best beschermd met een zonnecrème met een hoge beschermingsfactor.