Waarom een abdominoplastie?

Het slapper worden van de buik is iets dat van nature bij ieder mens in meer of mindere mate kan optreden. Dit is afhankelijk van een aantal factoren zoals leeftijd, geslacht, lichaamsbouw, lichaamsgewicht en doorgemaakte zwangerschappen. Bij iemand met een goed spierstelsel en een goede lichaamshouding zal de buik minder gemakkelijk verslappen dan bij iemand die zich weinig beweegt.
Bij mensen die erg zwaarlijvig zijn geweest kan zelfs een zogenaamde vetschort ontstaan. Het is vanzelfsprekend dat vooral deze extreme vormen aanleiding tot veel klachten. De ervaring leert dat ook minder ernstige vormen van verslapping, waarbij of alleen de onderbuik wat uitpuilt, of alleen de huid sterk gerimpeld is of veel zwangerschapsstriemen bevat, veel frustraties kunnen geven.
Door verslapping en uitrekking van de buikspieren, vooral wanneer dit gecombineerd gaat met een zware vetafzetting onder de huid, zal de lendenwervelkolom verkeerd worden belast, hetgeen gemakkelijk tot rugklachten leidt.

Voor de ingreep (pre-operatief):

Grondige anamnese, klinisch onderzoek en metingen worden verricht door de chirurg tijdens het consult. Afhankelijk hiervan wordt de meest aangewezen techniek met u besproken, alsook de mogelijke complicaties. Indien akkoord, worden voor de operatie, evenals erna, medische foto’s gemaakt.
Vooraleer over te gaan tot de ingreep, dient uw gewicht stabiel te zijn. Indien u zou roken, dient u te stoppen met roken minstens 6 weken voor de ingreep en tot 2 weken na de ingreep.
De dag voor de ingreep kan u zich wassen met antiseptische zeep, zoals chloorhexidine.

Wat mijn mijn gewicht?

Operatieve correctie van een dikke of slappe buik moet vooral niet worden gezien als een mogelijkheid om extra gewicht kwijt te raken. Als een patiënt duidelijk te zwaar is adviseren we eerst een goede vermageringskuur te ondergaan, en pas de operatie te laten doen nadat een min of meer normaal (in relatie tot leeftijd en lichaamslengte) gewicht is bereikt. Het voordeel hiervan is dat de operatie makkelijker wordt, een betere correctie kan worden bereikt, en de kans op wondcomplicaties wordt verkleind. Het goed volbrengen van een vermageringskuur vergt van de patiënt veel doorzettingsvermogen gedurende vele maanden. Het is echter ook om algemene gezondheidsredenen zeker de moeite waard.

Komt het ziekenfonds tussen bij een abdominoplastie?

Voor een abdominoplastie met functionele klachten als indicatie, kan er een financiële tussenkomst van het ziekenfonds bekomen worden, betreffende het functionele aspect.

De operatie:

De ingreep gebeurt onder alleen narcose (door een erkend anaesthesist) en volgens de meest recente technieken.
Er zijn verschillende mogelijkheden:

  • Mini-abdominoplastie: wegens beperkte vetschort onder de navel waarbij geen verzwakking (diastase) van de rechte buikspieren bestaat en de buik boven de navel nog een voldoende strak staat.
  • Abdominoplastie met transpositie van de navel: hierbij wordt de navel losgemaakt van de huid en wordt de buikhuid als een grote flap vrijgemaakt tot aan het xyphoïd en de beide ribbenbogen. Deze flap wordt tot aan de schaamstreek gebracht en een ellips van overtollig vet en huid wordt verwijderd. De navel wordt terug naar buiten gebracht op gewone plaats. Zo nodig worden de rechte buikspieren ook aangespannen.
  • Lipo-abdominoplastie: De abdominoplastie wordt gecombineerd met liposuctie van vooral de flanken en bovenbuik, om alzo de buik in zijn geheel nog beter in vorm te krijgen. De bestaande dikte van de huid en onderhuids vetweefsel dat ter plaatste blijft, wordt dunner gemaakt binnen een veilige marge.

De chirurg tracht de operatielittekens zo te laten lopen dat ze naderhand zo min mogelijk zullen opvallen. Indien mogelijk wordt alleen een horizontale incisie gelegd, zo laag mogelijk op de onderbuik, zodat het litteken door het ondergoed wordt bedekt. Deze ingreep gebeurt onder algemene verdoving. Er wordt een dosis antibiotica gegeven bij het begin van de ingreep.

Na het vrijprepareren van de abdominale huidflap en de resectie van huid en vetweefsel, wordt de patient geplooid om de wonde te kunnen sluiten met zo weinig mogelijk spanning op de sutuur. Al de hechtingen worden onderhuids geplaatst en tacking sutures worden geplaatst om het risico op postoperative vochtopstapeling (seroom) te verminderen.

Er worden meestal redondrains aangebracht.
De patient wordt dan onmiddellijk overgeplaatst in het bed dat ook geplooid opgesteld is.

Na de ingreep (postoperatief):

De eerste dag na de ingreep kan u het ziekenhuis verlaten. Paracetamol volstaat meestal, indien u gedurende de eerste 2 dagen enige pijn zou ondervinden. Vroege mobilisatie wordt aangespoord.
Een steunverband wordt aangelegd en blijft ter plaatse tot op de eerste controleraadpleging, binnen de week na de ingreep. Nadien kan u gedurende een zestal weken een ondersteunde buikband dragen.
Er worden drains geplaatst, die initieel het wondvocht draineren. Deze worden verwijderd indien het debiet van drainage voldoende laag is.
De hechtingen zijn zelf-oplosbaar en de drains zullen verwijderd worden indien het debiet laag genoeg is.
Het duurt ongeveer een jaar voordat de littekens tot rust zijn gekomen. In de eerste fase van de littekengenezing, adviseren we lokale druk dmv pleisters en eventueel siliconentherapie
De eerste controleraadpleging wordt gepand na een week. Afhankelijk van het risicoprofiel zal eventueel aangeraden worden om postoperatief heparinespuitjes te laten zetten om het risico op tromboflebitis te voorkomen. Steunkousen dienen gedurende 3 weken postoperatief gedragen te worden.
Zware fysieke inspanning dient gedurende de eerste 6 weken vermeden te worden.
Werk kan u hervatten na een 10-tal dagen.